Heb je een vraag over de centrale examens in het mbo? Hieronder vind je de meest gestelde vragen. Staat je vraag er niet tussen? Neem dan contact op via het contactformulier.
Filter op
Afnames in Facet
Hoe weet ik welke variant mijn student gemaakt heeft in Facet?
Als je een examen in Facet afneemt, maken de studenten verschillende varianten van het examen. De variant van het examen wordt aangegeven met een nummer. De afnameplanner kan het nummer van de variant zien als de rapportage van het behaalde resultaat beschikbaar is. Bij contact met de helpdesk of de Examenlijn is dit variantnummer van belang.
Is het mogelijk alleen het onderdeel lezen of luisteren te herkansen?
Het cijfer voor het centraal examen is een oordeel dat gebaseerd is op een mix van opgaven die het lezen van zakelijke teksten en luisteren omvatten. Het is niet mogelijk om op grond van een centraal examen Nederlands/Engels een apart oordeel te geven of de student het vereiste niveau voor luisteren of voor lezen beheerst. Er kan dus geen apart cijfer gegeven worden.
Wel is er een deelrapportage beschikbaar waarmee de instelling zicht krijgt op hoe de student op subdomeinen of onderdelen van het centraal examen gescoord heeft. Deze rapportage kan de student dus wel inzicht geven hoe hij/zij gescoord heeft op de deelvaardigheid lezen of luisteren. Een herkansing voor het centraal examen Nederlands/Engels betekent dat beide deelvaardigheden opnieuw moeten worden afgenomen. De deelrapportage is door de afnameplanner te downloaden in Facet (zie Inzage).
Kunnen studenten op elke gewenste dag/tijdstip een centraal examen afleggen?
Nee, dat kan niet. De centrale examens zijn alleen af te nemen in de vijf geplande afnameperiodes. Iedere afnameperiode heeft een start- en einddatum. De planning voor de afnameperiodes wordt ruim van tevoren gemaakt en daar kunnen we niet van afwijken. Kijk bij afnameperiodes om te zien welke examens in welke periodes afgenomen kunnen worden.
Afwijkende wijze van examineren
Hoe kunnen studenten oefenen met de verklanking in de examens?
In de voorbeeldexamens die gepubliceerd zijn op de oefenomgeving (oefenexamens) is geen verklanking beschikbaar. Maar als een student voor de afname kennis wil maken met de wijze van verklanking die in de examens aangebracht is, zijn er de voorbeeldexamens. Deze examens zijn identiek aan de oefenexamens, maar zijn alleen beschikbaar voor een geplande afname. De afnameplanner van de instelling kan dus op verzoek van een student of docent een afname plannen met een proefexamen en daarin is de verklanking als optie mogelijk.
Normering
Waarom varieert het aantal juiste antwoorden dat nodig is voor een voldoende?
De constructeurs en vaststellers van de examens streven ernaar om examens te maken met dezelfde moeilijkheidsgraad. Dat lukt echter niet altijd. Daarom is het belangrijk om eerst een zogenoemde 'schaalscore' vast te stellen. Die hoort bij een bepaald aantal opgaven dat goed beantwoord is.
Die schaal- of vaardigheidsscore zorgt ervoor dat er altijd gelijke eisen gesteld worden aan studenten. Of je nu een gemakkelijkere of een moeilijkere versie van het examen gemaakt hebt. Dus als een examen gemakkelijker blijkt te zijn, moet je meer opgaven goed beantwoorden om een voldoende te halen, dan wanneer het examen moeilijker blijkt te zijn geweest. Het CvTE streeft er naar om de examens zo te maken dat er zo weinig mogelijk variatie in moeilijkheidsgraad tussen versies is.
Waarom zijn er verschillende omzettingstabellen?
Elk examen heeft meerdere versies. Niet elke versie van een examen dat in één periode afgenomen is, is even lang en niet elke versie blijkt dezelfde moeilijkheidsgraad te hebben. Omdat er geen verschil mag zijn tussen studenten wat betreft de eisen die gesteld worden om de beheersing van de vaardigheid aan te tonen, zijn er verschillende omzettingstabellen. Van elke versie wordt per opgave bekeken in hoeverre het goed beantwoorden van deze opgave aantoont of de vereiste vaardigheid beheerst is. Dat betekent dus dat je bij gemakkelijkere opgaven meer opgaven goed moet hebben om aan te tonen dat je de vereiste vaardigheid bezit.
Ook de lengte van de scoreschaal speelt een rol. Voor elke variant wordt eerst bekeken wat de relatie is tussen de behaalde score en de schaalscore. Als dat duidelijk is, kan daarna de omzetting naar een cijfer plaatsvinden. De schaalscore als tussenstap zorgt ervoor dat de variatie tussen verschillende varianten van het examen in lengte en moeilijkheid gecorrigeerd wordt.
Worden studenten benadeeld door het verschil in lengte tussen examens?
Dat sommige versies meer opgaven bevatten dan andere, betekent niet dat er ongelijke eisen worden gesteld. Die variatie in lengte en aantallen opgaven heeft te maken met het feit dat sommige versies zogenaamde 'ankeritems' bevatten. Deze ankeritems maken het mogelijk om een afname en de daarbij behaalde resultaten te vergelijken met een andere afname. Deze procedure is onder andere belangrijk om de cesuur goed vast te kunnen stellen. Maar de eis die aan de studenten gesteld wordt, varieert niet. Bij een langer examen moet je meer items goed hebben om een voldoende te halen. Het CvTE streeft ernaar om het verschil in lengte tussen varianten tot het uiterste te beperken.
Resultaten
Waarom hebben cijfers voor Nederlands/Engels decimalen en die voor rekenen niet?
Het cijfer voor het examen rekenen is meteen het eindcijfer voor rekenen. Voor Nederlands/Engels is het centraal examencijfer nog niet het eindcijfer. Het eindcijfer voor Nederlands/Engels ontstaat door het centraal examencijfer te middelen met het cijfer voor het instellingsexamen taal. Nadat dat gemiddelde berekend is, wordt pas afgerond op hele cijfers volgens de gangbare afrondingsregels.
Wanneer krijgt de student het resultaat?
Zodra de omzettingstabellen gepubliceerd zijn, kan de instelling het cijfer bepalen en aan de student mededelen. De data van de publicatie van de omzettingstabellen zijn te vinden in de activiteitenplanning. De instelling bepaalt vervolgens wanneer de student het resultaat ontvangt.
Welke openbare gegevens levert het CvTE over de centrale examens?
Van elk examen levert het CvTE het resultaat (cijfer en eventueel ook de vaardigheidsscore) aan de instelling van de desbetreffende kandidaat, zodat de examencommissie het cijfer kan vaststellen. Bij een aantal examens levert het CvTE daarnaast nog een aantal andere gegevens aan de instelling, namelijk de vaardigheidsscore en de deelrapportage.
Daarnaast publiceert het CvTE bij sommige examens (Nederlands 2F/3F en Engels B1/B2) na afloop van de afnameperiode de gemiddelde vaardigheidsscore op het examen en het landelijk gemiddelde cijfer per opleidingscode.
Andere gegevens over de centrale examens mag het CvTE niet verstrekken, omdat de resultaten niet herleidbaar mogen zijn tot individuele kandidaten of instellingen.
Overzicht geleverde resultaten van de centrale examens mbo
Cijfer per kandidaat
Vaardigheidsscore
per kandidaat
Deelrapportage per kandidaat
Landelijke gemiddelde per periode per opleidingscode